Opdracht: verzamel ca. 20 krantenberichten van nu en ca. 20 krantenberichten van 50 a 60 jaar oud met dieren. Schrijf een vergelijkend essay en let daarbij op cognitie, hun rechten, interactie met mensen?, welke rol spelen ze in het artikel? Wat zijn de meest opvallende verschillen? Etc.
Een bezoek aan het Erfgoedcentrum in Arnhem leverde me 18 bruikbare nieuwsartikelen van beide periodes op voor deze vergelijking. Wel betreft het regionale recente kranten en landelijke kranten van toen. Ik verwacht echter dat er in ons kleine landje weinig regionaal verschil is in de houding ten opzichte van dieren. Een dergelijk verschil is wellicht wel aan de orde tussen inwoners van stad en inwoners van het platteland. Beide verzamelingen krantenartikelen hebben echter berichten van zowel stad als van het platteland zodat een vergelijking tussen toen en nu mijns inziens goed mogelijk is.
In de oude krantenberichten spelen de dieren een bescheiden rol. Het zijn veelal kleine berichten. Eén artikel prijkt op de voorpagina. De meesten (11) staan echter in een rubriek. Het dier wordt in ca. de helft van de artikelen genoemd in de titel en is dan taalkundig het onderwerp. In de overige berichten is de titel de rubrieknaam zoals bijvoorbeeld “Dierenspreekuur”.. Het gebruik van foto’s is beperkt. Vijf berichten hebben een (zwart-wit) foto, de meesten samen met één of meerdere mensen.
In de recente krantenberichten spelen de dieren een meer prominente rol. Het dier wordt veel vaker genoemd in de titel en is dan taalkundig het onderwerp of lijdend voorwerp. Twee artikelen staan op een voorpagina. De artikelen waren uitgebreider dan in de oude berichten en enkele artikelen besloegen zelfs één of meerdere pagina’s. Vrijwel altijd is het bericht voorzien van een, vaak grote, kleuren foto van het dier. Veel vaker dan vroeger wordt het dier zonder mensen getoond.
De rechten waarover in de oude berichten gesproken wordt zijn: recht op leven, een gelukkig leven, rechten als huisdier voor een cheeta! en medische zorg.
De rechten waarover in de recente berichten geschreven wordt zijn: recht op leven, (holistische) medische hulp, welzijn, rekening houden met het dier, verzorging, bewegingsruimte, keuze tussen binnen of buiten, en een goede oude dag. Tegenwoordig wordt dus meer rekening gehouden met de behoeften van het dier.
In de oude krantenberichten worden opvallend vaak (antropomorfische) gevoelens toebedeeld aan dieren. Een opvallende overeenkomst is dat zowel nu als 59 jaar geleden een artikel aandacht besteed aan het gelukkig maken van katten. Zelfs de antropomorfische term “gelukkig” is blijven bestaan. Verschil is dat de vraag toen voorgelegd werd aan dierenartsen en nu aan een kattengedragsdeskundige.
Ook bij honden is in beide perioden sprake van antropomorf taalgebruik. Een artikel van 59 jaar geleden over de Affenpinscher staat bol van de veelal antropomorfische kenmerken zoals: trouw, brutale branie met komisch talent, levendige, eigengereide vergifkikker met zijn lachende, laatdunkende en kritisch gezichtje bezit een roerende aanhankelijkheid. In een recent artikel staat een oproep voor informatie over een gevonden hond vanuit het perspectief van de hond. “Mijn baas wil graag weten hoe oud ik ben en of er nog nageslacht van mij is”.
Ik heb het idee dat de journalist van toen onder andere antropomorfisme gebruikt om het verhaal een komische toon te geven. Zo zou een kat die ongewild meegelift was onder een motorkap zich nadien zitten te bezinnen dat zij nu een van haar negen levens verspeeld had. Nog enkele voorbeelden van komische afsluitingen van een artikel: “Zo’n poes heeft dan een hondeleven” en “. . . zodat de kat ook in dit opzicht “gezwijnd” heeft.
In een Limburgse krant wordt gemeld hoe elf katten worden gedood, onthoofd, gevild en gebraden om mensen een poets te bakken. Een dergelijk bericht kan ik me nu niet meer voorstellen in de krant.
Het lijkt erop dat gevoelens van dieren tegenwoordig serieuzer worden genomen ondanks antropomorf taalgebruik.
In de oude berichten worden ook andere eigenschappen en cognitie van dieren vergeleken met die van mensen. Men noemt het gezichtsmechanisme van honden, katten en paarden in vergelijking met het onze bepaald onderontwikkeld omdat ze niets kunnen maken van de beelden op de TV. Het paard wordt binnen een afstand van een tot anderhalve meter bovendien gehandicapt door een blinde vlek. Men gaat hier totaal voorbij aan het feit dat de TV ontwikkeld is voor onze ogen en dat dierenogen gebouwd zijn om te kunnen overleven.
Ook over diergedrag heeft men in de oude berichten nog niet veel kennis. Er wordt beweerd dat de moderne techniek (dressuur van honden doormiddel van een aantal korte stroomstoten) bijdraagt tot de bevordering van het saamhorigheidsgevoel tussen hond en baas. En de acht jarige kater Joep kan vreedzaam samenleven met de vier muizen van de zoon des huizes dat omdat de kat als huisdier veel van het echte katachtige heeft verloren. Hij zweert bij melk en kattebrood. Hij weet misschien niet eens hoe een muis smaakt. En een Brits geleerde had voorspeld dat weldra honden, katten en apen enig spreekvermogen zal kunnen worden bijgebracht op grond van een toeneming van het intellect dezer dieren.
In contrast hiermee twee berichten uit de recente kranten: In een artikel worden cavia’s intelligent en sociaal genoemd met elk hun eigen karakter waar je respect voor mag hebben. Cavia’s laten zich niet makkelijk doorgronden. Daar moet je tijd en aandacht insteken. En een kattengedragsdeskundige meldt: Weten hoe een dier zich gedraagt als de mens hem niet voor de voeten loopt, verklaart een heleboel problemen die in huis kunnen ontstaan.
In de recente berichten staat het dier meer centraal en probeert men zich meer in de behoeften van het dier te verplaatsen. Tegenwoordig komen cognitie, interacties met mensen en de rechten van dieren ook vaker ter sprake in de artikelen. Zo is speurhond Mitch erop getraind om ivoor op te sporen in de strijd tegen de olifantenstropers en vertellen wolvenexperts dat rivieren en autosnelwegen geen probleem vormen voor wolven. Ze kunnen zwemmen ”maar ze zijn in principe veel slimmer. Net als mensen nemen ze gewoon de brug”. Een ander spreekt over de emotionele waarde van dieren en droomt ervan een rouwcentrum voor dieren te openen. Een aanbieder van dier-educatie vindt het belangrijk dat er goed nagedacht wordt over het aanschaffen van dieren en wat er allemaal bij de verzorging komt kijken. Cavia’s blijken interactief te zijn en zich te hechten aan mensen. Zodra ze de stem van de eigenaresse horen tillen ze hun kopje op. Een boer stelt dat je niet goed kan boeren als je de koeien geen liefde en passie geeft. Gedragsproblemen ontstaan doordat kat en eigenaar elkaar niet altijd begrijpen. De hond klimt in bed als de eigenaar heel verdrietig is. De hond ligt dan “als een vent” naast hem. Er wordt gesproken over liefde voor honden omdat ze ritme geven in het bestaan. “Ze is mijn beste vriend, ik deel er alles mee. Honden stellen geen vragen. Kinderen kwamen op Valentijnsdag dieren knuffelen “Want net als mensen hebben ook zij liefde nodig”. De 10-jarige Sofie uit Winterswijk kan niet zonder haar maatje, autismegeleidehond Harrie. De autismegeleidehond neemt vooral de angst weg. Harrie maakt al drie jaar deel uit van hun leven en is onmisbaar voor Sofie.
Eén artikel uit 1959 vormt hierop een uitzondering: “Eeuwen van dressuur hebben het paard afgeleerd te schrikken en het geleerd af te schrikken. Het dier is helemaal geen vechtersbaas. Het vlucht liever. Na training vertrouwt het paard de ruiter en volgt het zonder angst de bevelen op. Ze oefenen samen met een ouder dier “want ook het paard kent het menselijke gevoel, dat je met zijn tweeën sterker bent dan alleen”. Men heeft het paard een krijgshaftige allure aangemeten die eigenlijk in het geheel niet bij het edele dier past”. Hierin wordt wel degelijk gekeken naar de natuurlijke eigenschappen van het dier. Waarschijnlijk komt dat doordat de journalist teruggegaan is in de geschiedenis van honderden generaties van Hunnen, kruisvaarders, toernooi-ridders en cavalerie-generaals. Dan kom je langzamerhand uit bij het paard zoals het van nature was.
Ook de volgende twee oude artikelen zijn vermeldenswaardig omdat ze beschrijven hoeveel plezier mensen ook toen al van dieren konden hebben: Een vrouw die lange tijd buiten in een ziekentent moest kuren had gezelschap aan Siempje, een zeelt. Siempje was uit een sloot gehaald en zwom vrolijk rond in een glazen pot. Siempje reageerde op de stem van slechts één persoon die vliegen voor hem ving. Hij stak dan zijn kop boven water en hapte en smakte. Ze heeft weken plezier van ’t zeeltje gehad.En een portret van een tachtig jarige met haar kat Petertje: Petertje schijnt te begrijpen dat mevrouw altijd al gek op dieren is geweest en stelt zijn vrouwtje op de proef door haar gedurig te krabben. Toch vindt ze hem lief.
De band tussen mensen en dieren is van alle tijden maar het begrijpen van dieren komt met de jaren!
Bronnen:
Voor deze opdracht ben ik naar het Erfgoedcentrum te Arnhem
gegaan. Zij hebben mij geholpen met het zoeken naar recente krantenberichten
waarin dieren voorkomen en naar krantenberichten met dieren van 50 a 60 jaar
geleden.
Ik heb 18 nieuwsberichten van maximaal een half jaar oud (oktober 2017 t/m maart 2018) verzameld waar dieren in voorkomen. De meeste van deze krantenberichten komen uit regionale (regio Arnhem/Gelderland) kranten.